Oude klimaatzondaar kan lucht reinigen

15 april 2023  door
f.g.bosman

‘Oude klimaatzondaar kan lucht reinigen,’ aldus luidt een kop in het blad Wetenschap in beeld (4/2023). Het blad schrijft over oude olieplatformen in de Noordzee die gebruikt gaan worden om CO2 in de zeebodem te pompen. ‘Eén platform kan al een lading broeikassen kwijt die overeenkomt met de uitschoot van 725.000 mensen per jaar,’ zo luidt de introductie van het artikel. Dat alles betekent grote milieuwinst: ‘Klimaatonderzoekers hebben berekend dat als we 2700 gigaton CO2 opslaan in 2100, de temperatuurstijging onder de bekende 2 ºC gehouden kan worden die in het Akkoord van Parijs is vastgelegd.’ Er worden nu proeven gedaan met de opslag en ze lijken succesvol. Nog beter nieuws is dat het ‘op de Noordzee wemelt van deze klimaatzondaars uit het verleden.’ En deze klimaatzondaars kunnen ‘nu de CO2-schuld terugbetalen.’

Kijk, daar kom ik als cultuurtheoloog nu voor mijn bed uit ’s ochtends. Een populairwetenschappelijk blad publiceert een artikel over een (deel)oplossing van de klimaatcrisis. Oude olieplatformen in de Noordzee worden omgebouwd om CO2 de lege olievelden in te pompen. Daarmee dragen deze oude machines bij aan een (deel)oplossing van het probleem dat ze eerder zelf (mede) hebben veroorzaakt: de opwarming van de aarde met alle schadelijke gevolgen van dien. De auteur, Ebbe Rasch, beschrijft deze hele operatie, niet alleen in natuurwetenschappelijke termen, maar ook in religieuze. Hij spreekt over ‘oude klimaatzondaars uit het verleden’ die ‘CO2-schuld terugbetalen’. Iedereen begrijpt direct wat er bedoeld wordt, maar er vibreren ineens allerlei andere zaken mee.

Dat de oliemaatschappijen geen juridische regels hebben overtreden, maakt voor hun morele verantwoordelijkheid natuurlijk niets uit. Daar zijn we met zijn allen wel achter op dit moment.

Zondaar

Het begrip ‘zondaar’ associëren we toch redelijk direct met God en geloof. Wie een morele (niet noodzakelijk een juridische) wet overtreedt, zondigt tegen die wet en tegen degenen die hij of zij met die overtreding tekort heeft gedaan. Als een automobilist een verkeersongeluk veroorzaakt met dodelijke afloop omdat ie even lekker zijn mail zat te checken achter het stuur, heeft die gezondigd tegen de morele (en in dit geval ook juridische) wet ‘gij zult uw aandacht bij het verkeer houden’ en tegenover het slachtoffer en diens familie en vrienden. De zondaar heeft een schuld open staan, bij God – hoewel die in onze seculiere maatschappij niet zo vaak meer wordt aangehaald – bij de maatschappij – de bestuurder zal worden aangeklaagd en wellicht veroordeeld door de rechter – en bij de slachtoffers. Vooral die laatste schuld is wellicht principieel onuitwisbaar. Er is niets dat de automobilist kan doen om de dode weer tot leven te wekken noch iets anders dat deze dood zou kunnen compenseren.

Precies dat is het geval bij de olieplatformen in de Noordzee; of liever gezegd, bij degenen die de olieplatformen bezitten, bemensen en er grof geld aan hebben verdiend. Zij die werken in de olie-industrie hebben gezondigd tegen de morele (maar niet juridische) wet ‘gij zult de wereld niet naar de afgrond helpen’ en tegenover – feitelijk – alle aardbewoners wiens gezondheid en zelfs vege lijf in gevaar zijn gebracht, nu en in de toekomst. Dat de oliemaatschappijen geen juridische regels hebben overtreden, maakt voor hun morele verantwoordelijkheid natuurlijk niets uit. Daar zijn we met zijn allen wel achter op dit moment. Ook hier ligt een duidelijke schuld: van de olie-industrie naar de gehele wereld. De vraag is wat de oliebaronnen kunnen doen om die open schuld te compenseren.

Biecht

In de rooms-katholieke traditie is het sacrament van de biecht verbonden met zonden en schuld. Het sacrament heeft een slechte publiciteit de laatste decennia, maar de principes van het vergeven van de schuld zijn nog altijd actueel. Wie vergeven wil worden door God in de biecht moet tegenover de dienstdoende priester drie dingen doen: zonden letterlijk opbiechten (dat wil ook zeggen: verantwoordelijkheid nemen), beloven de zonde in de toekomst niet te herhalen en proberen het door de zonde aangedane leed zoveel mogelijk te verzachten of te compenseren. Hoe moeilijk dat laatste is, zagen we al in het voorbeeld van het dodelijk verkeersongeluk.

Terug naar de klimaatzondaars, de olieplatformen as pars pro toto voor de olie-industrie. Wat moet de olie-industrie doen om seculiere vergeving te verkrijgen? Als we leentjebuur spelen bij het biechtsacrament: de industrie moet (tenminste morele) verantwoordelijkheid nemen voor de CO2-uitstoot en de daarbij behorende schade aan het klimaat en de aarde; de industrie moet beloven de zonde in de toekomst niet te zullen herhalen; en de industrie moet proberen het aangedane leed zoveel mogelijk te compenseren. Dat laatste is precies wat de olieplatformen doen: de indirect door hen produceerde CO2 wordt veilig terug in de aarde gebracht. Dat eerste gebeurt daarmee indirect ook: de olie-industrie neemt zijn verantwoordelijkheid, al mag dat nog wel een tandje of twee harder. Dat tweede is wat problematisch natuurlijk: de olie-industrie draait nog steeds op volle toeren wereldwijd. En het lijkt er niet op dat ze daar snel mee ophouden.

Volgens mij heeft het te maken met een langer ingezet maatschappelijk proces waarin veel van wat met de klimaatcrisis te maken heeft, in religieuze termen wordt uitgedrukt. Klimaat-Apocalyps. Klimaatzondaars. Procreatiescepsis. Klimaatrituelen.

Klimaat-Apocalypse

Opvallend blijft het religieuze taalgebruik in het Wetenschap in beeld-artikel. Het klinkt zo voor de hand liggend, maar tegelijkertijd lijkt de religieuze taal te dissoneren met het natuurwetenschappelijk paradigma van het artikel en het hele blad. Volgens mij heeft het te maken met een langer ingezet maatschappelijk proces waarin veel van wat met de klimaatcrisis te maken heeft, in religieuze termen wordt uitgedrukt. Klimaat-Apocalyps. Klimaatzondaars. Procreatiescepsis. Klimaatrituelen. De lijst is lang. Wellicht is de klimaatcrisis wel heel gevoelig voor religieus of existentieel taalgebruik omdat het eigenlijk een soort supercrisis is: het betreft de hele wereld (niet een enkel land of werelddeel); het betreft de huidige generatie maar vooral ook de toekomstige generaties; overbevolking, droogte, mislukte oogsten, vluchtelingen, burgeroorlogen, overstromingen en andere rampen hebben allemaal met elkaar en uiteindelijk met de klimaatcrisis te maken. Het is een wicked problem en niemand heeft de oplossing. Wellicht logisch dat mensen naar religieus vocabulaire grijpen om uitdrukking te geven aan wat ze om zich heen zien gebeuren.

Samen met mijn collega’s van ‘Apocalypse and Climate Change’ (Tilburg University) ga ik de komende jaren op zoek naar die (crypto-)religieuze taalgebruik binnen het klimaatdebat, op zoek naar hermeneutiek en antropologische inzichten uit de christelijke traditie (en daarbuiten) die in onze geseculariseerde tijden ‘opborrelen’. Ik ben benieuwd wat ik ga vinden…


f.g.bosman 15 april 2023
Deel deze post
Archiveren